Hoe laat je het vuur in een houtkachel op de juiste manier uitgaan?
In de winter zorgt een houtkachel voor warmte en gezelligheid in huis. Na een avond stoken met droog hout is het tijd om naar bed te gaan. Maar hoe ga je veilig en verantwoord om met het vuur in je kachel? Eén ding is duidelijk: smoren is geen goed idee.
Wat is smoren en waarom moet je het vermijden?
Moderne houtkachels hebben vaak luchttoevoer van boven en van onder. Onderlucht is handig voor het opstarten van het vuur, zoals met de deur op een kier. Zodra het vuur goed brandt, sluit je de onderlucht toevoer. Smoren betekent dat je de bovenluchttoevoer onnodig beperkt. Dit kan leiden tot een slecht verbrandingsproces, waarbij de ruit van de kachel aanslaat en schadelijke stoffen vrijkomen. Belangrijk om te onthouden: je regelt het vuur met de hoeveelheid hout, niet door de luchttoevoer te beperken.
Wat doe je wel?
Tijdens de uitbrandfase verbranden de laatste houtresten, voornamelijk koolstof. Hoewel de stofemissies dalen, kan de temperatuur in de kachel nog steeds hoog zijn. Het is aan te raden om de bovenluchttoevoer open te houden en de onderlucht toevoer gesloten. Dit voorkomt dat er te veel zuurstof van onderen komt, wat een extreem heet smidsvuur kan veroorzaken en stikstofoxiden kan doen ontstaan.
Laat het vuur dus op natuurlijke wijze doven: eenvoudig en verantwoord!
